1. MWB
  2. Vertalen
  3. aniquilar (ES>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • aniquilar > DE • aniquilar > EN • aniquilar > FR
Vertalingen aniquilar ES>NL

aniquilar

werkw.
Uitspraak:  [anikiˈlaɾ]

1) destruir enteramente, reducir a nada - vernietigen
aniquilar al ejército enemigo - het vijandige leger vernietigen

2) destruir o arruinar completamente algo inmaterial - vernielen
Las adicciones aniquilaron su salud. - De verslavingen hebben zijn gezondheid vernield.
La crítica lo aniquiló. - De kritiek heeft hem verwoest.

3) derrotar a otro, ganarle por mucha diferencia - vernietigen
aniquilar al adversario - de tegenstander vernietigen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
aniquilar (ww.) aantasten (ww.) ; aanvreten (ww.) ; bederven (ww.) ; beschadigen (ww.) ; liquideren (ww.) ; tot schroot verwerken (ww.) ; uitroeien (ww.) ; vernietigen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `aniquilar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: abastecerse de
ES: aplastar
ES: arruinar
ES: asolar
ES: astillar
ES: clavar
ES: consumir
ES: debilitar
ES: desarmar
ES: desarticular