Vertalingen fregar ES>NL
I fregar
werkw.
1) frotar algo con un paño, agua y jabón para limpiarlo -
afwassen fregar los cubiertos - het bestek afwassen |
2) frotar algo, generalmente un material áspero, con otro -
schrobben Se friega los callos con una lija para quitárselos. - Hij schrobt zijn eeltplekken met een vijl om ze te verwijderen. |
II fregar
werkw.
molestar a alguien -
vervelen Los niños fregaron durante toda la cena. - De kinderen hebben het hele diner zitten vervelen. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
fregar (ww.) | afboenen (ww.) ; afschrobben (ww.) ; boenen (ww.) ; dweilen (ww.) ; gladmaken (ww.) ; gladwrijven (ww.) ; insmeren (ww.) ; opdweilen (ww.) ; politoeren (ww.) ; schoonboenen (ww.) ; schoonschrobben (ww.) ; schrobben (ww.) ; uitwrijven (ww.) |
fregar | wrijven |
Bronnen: interglot; Diving dictionary
Voorbeeldzinnen met `fregar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: abrillantarES: aclararES: adornarES: alisarES: aplicarES: asearES: baldearES: bañarES: barrerES: cepillar