Vertaal
Naar andere talen: • adornar > DEadornar > ENadornar > FR
Vertalingen adornar ES>NL

adornar

werkw.
Uitspraak:  [aðoɾˈnaɾ]

1) embellecer algo usando adornos - versieren
Los vecinos adornan las calles para Navidad. - De buren versieren de straten voor kerst.

2) servir una cosa para embellecer a otra - verfraaien
Los cojines adornan el sofá. - De kussens verfraaien de bank.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
adornar (ww.) optooien (ww.) ; zich uitmonsteren (ww.) ; zich uitdossen (ww.) ; versieren (ww.) ; verluchten (ww.) ; verfraaien (ww.) ; uitdossen (ww.) ; tooien (ww.) ; sieren (ww.) ; schotels garneren (ww.) ; ridderen (ww.) ; optutten (ww.) ; optuigen (ww.) ; afwerken (ww.) ; opsmukken (ww.) ; opsieren (ww.) ; opschikken (ww.) ; opmaken (ww.) ; opluisteren (ww.) ; opdoffen (ww.) ; opdirken (ww.) ; onderscheiden (ww.) ; gladwrijven (ww.) ; garneren (ww.) ; decoreren (ww.)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `adornar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: abrillantar
ES: acicalar
ES: aderezar
ES: alisar
ES: amenizar
ES: aparejar
ES: ataviar
ES: calzar la espuela
ES: dar brillo
ES: decorar