Vertaal
Naar andere talen: • snoeien > DEsnoeien > ENsnoeien > ES
Vertalingen snoeien NL>FR

snoeien

werkw.
Uitspraak:  [ˈsnujə(n)]
Verbuigingen:  snoeide (verl.tijd ) heeft gesnoeid (volt.deelw.)

takken van een boom of struik afsnijden - tailler

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
snoeien (ww.) tailler (ww.) ; peler (ww.) ; éplucher (ww.) ; découper (ww.) ; couper (ww.)
het snoeien élagage (m)
snoeien rogner ; tailler ; taille ; coupe ; recherche avec élagage ; émondage ; élaguer ; élagage ; écoter ; ébranchement ; ébranchage
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `snoeien`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: afsnijden
NL: besnoeien
NL: bezuinigen
NL: inkorten
NL: knippen
NL: korten
NL: trimmen
NL: uitdunnen

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: het snoeien FR: la taille