Vertalingen heengaan NL>FR
heengaan (ww.) | abandonner (ww.) ; abdiquer (ww.) ; agoniser (ww.) ; crever (ww.) ; dissoudre (ww.) ; embarquer (ww.) ; faire bagage (ww.) ; lever l'ancre (ww.) ; mourir (ww.) ; partir (ww.) ; quitter (ww.) ; s'en aller (ww.) ; s'envoler (ww.) ; se retirer (ww.) ; sortir (ww.) ; subdiviser (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `heengaan`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afreizenNL: bezwijkenNL: doodgaanNL: gaanNL: inslapenNL: omkomenNL: ontslapenNL: opbrekenNL: opstappenNL: overlijdenUitdrukkingen en gezegdes
NL: daar gaat een hele tijd mee heen
FR: cela demande (of prend) beaucoup de temps