Vertalingen tarten NL>DE
tarten
werkw.
Uitspraak: | [ˈtɑrtə(n)] |
Verbuigingen: | tartte (verl.tijd ) heeft getart (volt.deelw.) |
op een uitdagende manier laten merken dat je niet bang bent voor iemand of iets -
trotzen , spotten het noodlot tarten - dem Schicksal trotzen |
elke beschrijving tarten (=zo erg zijn dat je het met geen woorden kunt beschrijven) - jeder Beschreibung spotten
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
tarten (ww.) | brutal vorgehen (ww.) ; martern (ww.) ; piesacken (ww.) ; plagen (ww.) ; provozieren (ww.) ; reizen (ww.) ; schikanieren (ww.) ; schinden (ww.) ; striezen (ww.) ; triezen (ww.) ; tyrannisieren (ww.) ; wegekeln (ww.) ; zusetzen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `tarten`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aandurvenNL: jennenNL: koeionerenNL: kwellenNL: narrenNL: overtreffenNL: pestenNL: plagenNL: sarrenNL: stangenUitdrukkingen en gezegdes
NL: (die ellende) tart elke beschrijving
DE: spottet jeder Beschreibung