Vertalingen talmen NL>DE
talmen
werkw.
Uitspraak: | [ˈtɑlmə(n)] |
Verbuigingen: | talmde (verl.tijd ) heeft getalmd (volt.deelw.) |
steeds uitstellen om iets te doen -
trödeln , verzögern , Zeit schinden talmen met het maken van een keuze - eine Entscheidung hinauszögern |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
talmen (ww.) | aufschieben (ww.) ; faulenzen (ww.) ; grübeln (ww.) ; hinausschieben (ww.) ; schwanken (ww.) ; trödeln (ww.) ; unschlüssig sein (ww.) ; unschlüssig warten (ww.) ; verzögern (ww.) ; wanken (ww.) ; zaudern (ww.) ; zweifeln (ww.) ; zügern (ww.) ; zögern (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `talmen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aarzelenNL: blijven hangenNL: dralenNL: drentelenNL: druilenNL: dubbenNL: hannesenNL: teutenNL: treuzelenNL: weifelen