Vertalingen roep NL>DE
de roep
zelfst.naamw. (m.)
| Uitspraak: | [rup] |
| Verbuigingen: | roepen (meerv.) |
1) geluid, vooral van een dier -
Ruf (der ~) | de klaaglijke roep van het steenuiltje - der klägliche Ruf einer Steineule |
2) deel van de uitdrukking: -
 de roep om...
(=vraag van veel mensen naar...) - der Ruf nach
de roep om een sterke man als minister-president - der Ruf nach einem starken Mann als Ministerpräsident
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de roep (m) | der Aufruf ; der Ausruf ; die Ehre ; der Name ; die Reputation ; der Ruf ; das Rufen ; der Schrei ; das Schreien |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `roep`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: eisNL: faamNL: geroepNL: geruchtNL: geschreeuwNL: gilNL: kreetNL: naamNL: oproepNL: reputatieUitdrukkingen en gezegdes
NL: er ging een grote
roep van hem uit
DE: er wurde sehr gerühmt
