Vertalingen nabij NL>DE
I nabij
bijv.naamw.
dichtbij in afstand of tijd -
in der Nähe , nahe van nabij meemaken - aus der Nähe miterleben |
in de nabije toekomst (=binnenkort) - in der nahen Zukunft
|
II nabij
voorzetsel
in de buurt van -
nahegelegen het nabijgelegen zwembad - das nahegelegene Schwimmbad |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
nabij | dicht ; eng ; in-der-Nähe ; knapp ; nahe ; naheliegend ; in der Nähe von ; nah ; nah bei ; nahegelegen |
Bronnen: interglot; mwb; Wikipedia
Voorbeeldzinnen met `nabij`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanNL: bijNL: circaNL: dichtbijNL: naastNL: nabijgelegenNL: omtrentNL: ongeveerNL: plusminusNL: vlakbijUitdrukkingen en gezegdes
NL: de
nabije stad
DE: die nahe StadtNL: de meest
nabije stad
DE: die nächste StadtNL: de dood
nabij
DE: dem Tode naheNL: nabij de school
DE: nahe bei der Schule, in der Nähe der SchuleNL: (hij is)
nabij de 40
DE: an die 40NL: tot
nabij de brug
DE: bis nahe an die BrückeNL: van
nabij bekijken
DE: aus der Nähe, von nahem betrachtenNL: (z.) meer van
nabij (met een zaak bezighouden)
DE: näherNL: van heel
nabij (bekijken)
DE: aus nächster NäheNL: (iemand) van
nabij (kennen)
DE: näher, aus nächster Nähe