Vertaal
Naar andere talen: • nabij > DEnabij > ENnabij > ES
Vertalingen nabij NL>FR

I nabij

bijv.naamw.
Uitspraak:  [naˈbɛi]

dichtbij in afstand of tijd - proche
van nabij meemaken - vivre de près
uitdrukking in de nabije toekomst


II nabij

voorzetsel
Uitspraak:  [naˈbɛi]

in de buurt van - dans les environs de
het nabijgelegen zwembad - la piscine toute proche / située tout près
[naˈbɛi]

1 dichtbij in afstand of tijd - proche

  `van nabij meemaken`
  vivre de près

  in de nabije toekomst
   (= binnenkort) - dans un avenir proche


© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
nabij au-dessus ; avoisinant ; proche ; proche de ; restreint ; voisin ; près
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `nabij`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aan
NL: bij
NL: circa
NL: dichtbij
NL: naast
NL: nabijgelegen
NL: omtrent
NL: ongeveer
NL: plusminus
NL: vlakbij