Vertaal
Naar andere talen: • aftuigen > ENaftuigen > ESaftuigen > FR
Vertalingen aftuigen NL>DE
aftuigen (ww.) durchprügeln (ww.) ; verprügeln (ww.) ; zusammenschlagen (ww.)
aftuigen (werkw.) abschmücken ; abtakeln ; verprügeln
het aftuigendas Abschirren ; das Abtakeln
aftuigen abschirren ; bereitmachen
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `aftuigen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: afdrogen
NL: aframmelen
NL: afranselen
NL: afrossen
NL: aftakelen
NL: in elkaar timmeren
NL: onttakelen
NL: toetakelen