Vertalingen stelen NL>DE
stelen
werkw.
| Uitspraak: | [ˈstelə(n)] |
| Verbuigingen: | stal (verl.tijd ) heeft gestolen (volt.deelw.) |
iets stiekem wegpakken dat van iemand anders is -
klauen , stehlen | Mijn portemonnee is uit mijn zak gestolen. - Mein Portemonnaie wurde mir aus der Tasche gestohlen. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| stelen (ww.) | abstauben (ww.) ; enteignen (ww.) ; entwenden (ww.) ; hinterziehen (ww.) ; klauen (ww.) ; sich aneignen (ww.) ; stehlen (ww.) ; unterschlagen (ww.) ; wegnehmen (ww.) ; wegschnappen (ww.) |
| stelen (werkw.) | stehlen |
| het stelen | die Deichseln ; der Stengel ; die Stiele ; die Stielen |
Bronnen: interglot; Omegawiki.org; Wiktionary
Voorbeeldzinnen met `stelen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: achterhoudenNL: achteroverdrukkenNL: afnemenNL: benemenNL: gappenNL: inpikkenNL: jattenNL: kapenNL: leegstelenNL: ontfutselenUitdrukkingen en gezegdes
NL: om te
stelen
DE: (figuurlijk) entzückend, zum Entzücken, zum Stehlen