Vertaal
Naar andere talen: • registrar > DEregistrar > ENregistrar > FR
Vertalingen registrar ES>NL

I registrar

werkw.
Uitspraak:  [rexis'tɾaɾ]

1) examinar con detenimiento el interior de algo - doorzoeken
En la aduana registraron nuestro automóvil. - Bij de douane werd onze auto doorzocht.

2) asentar en un registro - inschrijven , in een register schrijven
Todavía tengo que registrar mi automóvil nuevo. - Ik moet mijn nieuwe auto nog steeds laten inschrijven.

3) dejar asiento impreso de imágenes o sonidos - opnemen
Un turista registró todo el accidente con su cámara. - Een toerist heeft het hele ongeluk met zijn camera opgenomen.

4) señalar un dispositivo de medición un tipo de datos o una determinada magnitud - vaststellen
El voltímetro registra la tensión. - De spanningsmeter stelt de spanning vast.
El termómetro registra 25 grados. - De thermometer geeft 25 graden aan.

5) percibir algo cierto cambio en su estado - waarnemen
El comercio exterior registró un notable aumento. - De buitenlandse handel heeft een duidelijke toename ondervonden.


II registrarse

werkw.
Uitspraak:  [rexis'tɾaɾse]

inscribirse en una institución o asociación - zich inschrijven
Se registró en una academia de baile. - Hij heeft zich ingeschreven in een dansacademie.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
registrar (ww.) in zich opnemen (ww.) ; visiteren (ww.) ; vastleggen (ww.) ; registreren (ww.) ; optekenen (ww.) ; opschrijven (ww.) ; opgeven (ww.) ; noteren (ww.) ; inschrijven (ww.) ; inboeken (ww.) ; fouilleren (ww.) ; doorzoeken (ww.) ; documenteren (ww.) ; boeken (ww.)
registrar goed registeren ; registreren ; noteren ; inschrijven ; inchecken
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `registrar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: afirmar
ES: anotar
ES: anotar en los libros
ES: anotar en piedra
ES: apuntar
ES: asentar
ES: cachear
ES: catalogar
ES: censar
ES: contar