Vertaal
Naar andere talen: • rebotar > DErebotar > ENrebotar > FR
Vertalingen rebotar ES>NL

rebotar

werkw.
Uitspraak:  [reβo'taɾ]

1) retroceder un cuerpo al chocar contra una superficie - (terug)kaatsen
La lámpara rebotó al caer. - De lamp kaatste terug toen die viel.

2) botar repetidas veces un cuerpo elástico - opspringen
El balón rebota. - De bal springt op.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
rebotar (ww.) eraf duwen (ww.) ; weigeren (ww.) ; terugstuiten (ww.) ; terugspringen (ww.) ; terugkaatsen (ww.) ; stuiteren (ww.) ; ricocheren (ww.) ; ketsen (ww.) ; kaatsen (ww.) ; afketsen (ww.) ; butsen (ww.) ; afwijzen (ww.) ; afvliegen (ww.) ; afstuiten (ww.) ; afstoten (ww.) ; afspringen (ww.) ; afspatten (ww.)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `rebotar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: anular
ES: botar
ES: denegar
ES: deponer
ES: descartar
ES: deshacerse de
ES: despedir
ES: devolver
ES: echar
ES: echar a patadas