Vertalingen golpear ES>NL
golpear
werkw.
dar uno o repetidos golpes a una persona, animal o cosa -
slaan Golpeó la puerta, pero nadie lo escuchó. - Hij klopte op de deur maar niemand hoorde hem. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
golpear (ww.) | ineenslaan (ww.) ; treffen (ww.) ; timmeren (ww.) ; tikken (ww.) ; tegen elkaar slaan (ww.) ; slaan (ww.) ; rammen (ww.) ; rammelen (ww.) ; raken (ww.) ; meppen (ww.) ; luiden (ww.) ; kloppen (ww.) ; kletteren (ww.) ; klepperen (ww.) ; inkloppen (ww.) ; aankloppen (ww.) ; iemand treffen (ww.) ; iemand raken (ww.) ; hengsten (ww.) ; heien (ww.) ; hard slaan (ww.) ; hameren (ww.) ; een klap geven (ww.) ; bonzen (ww.) ; bonken (ww.) ; beuken (ww.) ; beroeren (ww.) ; bekloppen (ww.) ; aantikken (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `golpear`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: abofetearES: adoptarES: alcanzarES: andar con mucho ruidoES: aporrearES: azotarES: batirES: brincarES: brindarES: cachetear