Vertalingen esquivar ES>NL
esquivar
werkw.
1) realizar un movimiento para evitar un golpe o salvar un obstáculo -
ontwijken Esquivó el pozo de un salto. - Hij ontweek de kuil met een sprong. |
2) evitar un problema o un encuentro -
vermijden esquivar a la familia - de familie vermijden |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
esquivar (ww.) | afweren (ww.) ; ontwijken (ww.) ; schuwen (ww.) ; vermijden (ww.) ; vlieden (ww.) ; wegvluchten (ww.) ; wijken (ww.) |
Bronnen: Wikipedia; interglot
Voorbeeldzinnen met `esquivar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: apartarseES: apearseES: bajarES: cederES: coger las de VilladiegoES: correrES: dejarse libreES: descenderES: desembarcarseES: desviarse