Vertaal
Naar andere talen: • duplicar > DEduplicar > ENduplicar > FR
Vertalingen duplicar ES>NL

duplicar

werkw.
Uitspraak:  [dupli'kaɾ]

1) hacer dos veces mayor una cosa - verdubbelen
Este mes duplicamos la producción. - Deze maand hebben we de productie verdubbeld.

2) sacar una copia de algo - kopiëren
duplicar unas llaves - enkele sleutels kopiëren

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
duplicar (ww.) dupliceren (ww.) ; multipliceren (ww.) ; stencilen (ww.)
duplicar dupliceren ; duplicitas ; verdubbeling
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `duplicar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: calcar
ES: contrahacer
ES: copiar
ES: doblar
ES: falsificar
ES: fotocopiar
ES: hacer fotocopias
ES: hacer una copia
ES: imitar
ES: multicopiar