Vertaal
Naar andere talen: • contrahacer > DEcontrahacer > ENcontrahacer > FR
Vertalingen contrahacer ES>NL
contrahacer (ww.) falsificeren (ww.) ; kopiëren (ww.) ; nabootsen (ww.) ; namaken (ww.) ; vervalsen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `contrahacer`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: alterar
ES: aparentar
ES: calcar
ES: copiar
ES: duplicar
ES: falsear
ES: falsificar
ES: imitar
ES: parodiar
ES: remedar