Vertaal
Naar andere talen: • denotar > DEdenotar > ENdenotar > FR
Vertalingen denotar ES>NL

denotar

werkw.
Uitspraak:  [deno'taɾ]

1) poner de manifiesto un indicio de algo - aangeven
Su gesto denotaba tristeza. - Zijn gebaar toonde triestheid.

2) tener un significado básico fuera de toda subjetividad taalkunde - wijzen op
Esa calavera pintada denota peligro. - Dat geverfde doodshoofd wijst op gevaar.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
denotar (ww.) aangeven (ww.) ; duiden (ww.)
Bronnen: Wikipedia; interglot


Voorbeeldzinnen met `denotar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: certificar
ES: declarar
ES: explicar
ES: indicar
ES: interpretar
ES: manifestar