Vertaal
Naar andere talen: • brotar > DEbrotar > ENbrotar > FR
Vertalingen brotar ES>NL

brotar

werkw.
Uitspraak:  ['bɾotaɾ]

1) nacer una planta plantkunde - ontkiemen
Los tulipanes brotan en invierno. - De tulpen ontkiemen in de winter.

2) salir o crecer nuevas hojas a una planta plantkunde - uitlopen
Los cerezos brotan en primavera. - De kersbomen lopen uit in de lente.

3) surgir o salir el agua - stromen
brotar agua del manantial - stromen van water uit de bron

4) aparecer una erupción en la piel - uitbreken
Los niños se brotaron con el sarampión. - Bij de kinderen brak de mazelen uit.

5) aparecer o salir algo en un lugar - opkomen
La música brotaba de la sala. - De muziek kwam op uit de zaal.
El odio brota de sus ojos. - De haat spat uit zijn ogen.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
brotar (ww.) ontspruiten (ww.) ; wellen (ww.) ; voortkomen (ww.) ; uitkomen (ww.) ; uit ei kruipen (ww.) ; uit de grond schieten (ww.) ; sudderen (ww.) ; stoffen (ww.) ; stammen (ww.) ; spruiten (ww.) ; smoren (ww.) ; pruttelen (ww.) ; passend zijn (ww.) ; passen (ww.) ; opschieten (ww.) ; op vuur pruttelen (ww.) ; omhoog schieten (ww.) ; geschikt zijn (ww.) ; deugen (ww.) ; conveniëren (ww.) ; borrelen (ww.) ; afstammen (ww.) ; afkomstig zijn (ww.)
brotar botten ; uitstoelen ; uitspuiten ; uitlopen ; uitbotten ; spitsen ; punten ; opkomen ; loten schieten
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.; Trueterm


Voorbeeldzinnen met `brotar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: abrirse
ES: ajustar
ES: aparecer
ES: arrancar
ES: asomar
ES: balar
ES: borbotear
ES: convenir
ES: dar balidos
ES: derivarse de