Vertaal
Naar andere talen: • armar > DEarmar > ENarmar > FR
Vertalingen armar ES>NL

I armar

werkw.
Uitspraak:  [aɾˈmaɾ]

1) dar o suministrar armas a alguien - bewapenen
La Policía armó a los nuevos oficiales. - De politie heeft de nieuwe officieren bewapend.

2) poner en una embarcación lo necesario para navegar scheepvaart - gebruiksklaar maken
Armaron la nave antes de zarpar. - Ze hebben het vaartuig gebruiksklaar gemaakt voordat het anker werd gelicht.

3) dar a alguien lo necesario para cumplir un objetivo - wapenen
Armaron a su hijo con educación para que pueda tener un buen trabajo. - Ze hebben hun zoon gewapend met onderwijs zodat het een goede baan kan krijgen.

4) poner una estructura para que sostenga algo - versterken
Una estructura de hierro arma el piso de madera. - Een ijzeren structuur versterkt de houten vloer.

5) juntar y unir las piezas para formar algo - in elkaar zetten
armar un rompecabezas - een puzzel in elkaar zetten

6) organizar una cosa - organiseren
armar un desfile - een optocht organiseren

7) ocasionar o provocar una situación violenta - veroorzaken
armar gran alboroto - grote opschudding veroorzaken


II armarse

werkw.
Uitspraak:  [aɾˈmaɾse]

1) adoptar la actitud para conseguir o superar algo - zich wapenen
Se armó de paciencia para enseñarle al niño. - Hij wapende zich met geduld om het kind te onderrichten.

2) pararse y no querer seguir - niet willen bewegen
El perro se arma frente a la casa y tengo que arrastrarlo del collar. - De hond blijft voor het huis stilstaan en ik moet hem bij de ketting meeslepen.

3) obstinarse en una negativa - dwars liggen
El niño se arma y no hace los deberes. - Het kind ligt dwars en maakt het huiswerk niet.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
armar (ww.) aandoen (ww.) ; bepantseren (ww.) ; berokkenen (ww.) ; bewapenen (ww.) ; harnassen (ww.) ; in het leven roepen (ww.) ; maken (ww.) ; muziek componeren (ww.) ; opspannen (ww.) ; scheppen (ww.) ; spannen (ww.) ; veroorzaken (ww.) ; wapenen (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `armar`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
ES: acondicionar
ES: alargar
ES: apostar
ES: apostarse
ES: arreglar
ES: blindar
ES: causar
ES: ceder
ES: colocar
ES: comerse