Vertalingen saltar ES>NL
I saltar
werkw.
1) levantarse del suelo con impulso y volver a caer -
opspringen saltar con fuerza - met kracht opspringen |
2) arrojarse desde una altura -
springen saltar en paracaídas - parachute springen |
3) salir un líquido con fuerza hacia arriba -
opspuiten Saltó un chorro de vino cuando lo destapamos. - Er spoot een scheut wijn op toen we die ontkurkten. |
4) lanzarse alguien en ataque -
zich storten La policía saltó al encuentro de los maleantes. - De politie heeft zich op de bijeenkomst van de criminelen gestort. |
5) manifestar algo de manera violenta -
opvliegen Saltas a lo primero que te dicen. - Bij het minste wat tegen je wordt gezegd, vlieg je op. |
6) ascender a un puesto más alto -
opklimmen Saltó a la gerencia en menos de un año. - Hij is binnen een jaar opgeklommen tot de directie. |
saltar a la vista (=ser algo evidente y claro) - in het oog springen
El error salta a la vista. - De fout springt in het oog.
|
II saltar
werkw.
salvar de un salto un espacio -
overheen springen saltar un pozo - over een put heen springen |
III saltarse
werkw.
1) romperse algo de manera violenta -
loskomen Se ha saltado la pintura de la pared. - De verf is van de muur losgekomen. |
2) desprenderse una cosa de donde estaba fija -
losspringen Se saltó un botón de la camisa. - Er is een knoop van het overhemd losgesprongen. |
3) pasar de una cosa a otra alterando el orden que siguen -
overslaan Nos saltamos la entrada en la cena. - We hebben het voorgerecht van het diner overgeslagen. |
4) omitir parte de un escrito -
overslaan Siempre me salto las descripciones en las novelas. - Ik sla de beschrijvingen in de romans altijd over. |
5) no cumplir una ley o norma -
overtreden saltarse una regla - een regel overtreden |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
saltar (ww.) | kletteren (ww.) ; wippen (ww.) ; uitsteken (ww.) ; uitspringen (ww.) ; springen (ww.) ; rammelen (ww.) ; overspringen (ww.) ; overheen springen (ww.) ; opvallen (ww.) ; opspringen (ww.) ; openspringen (ww.) ; losspringen (ww.) ; afsteken (ww.) ; induiken (ww.) ; in het oog lopen (ww.) ; huppen (ww.) ; huppelen (ww.) ; hoppen (ww.) ; hinkelen (ww.) ; eruit springen (ww.) ; een sprongetje maken (ww.) ; een knippend geluid maken (ww.) ; barsten (ww.) |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Engoi Woordenschatoefeningen
Voorbeeldzinnen met `saltar`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: abrirse bruscamenteES: abrirse de golpeES: bailarES: bajar en picadoES: brillarES: brincarES: brindarES: bucearES: bullirES: chasquear