Vertalingen revertir ES>NL
I revertir
werkw.
1) ir a parar una cosa en otra -
uitlopen El esfuerzo de todos revertirá en la victoria. - De inspanning van iedereen zal uitlopen op de overwinning. |
2) volver una cosa un estado o condición anterior -
terugdraaien Quiso revertir la situación, pero ya era tarde y la decisión había sido tomada. - Hij wilde de situatie terugdraaien, maar het was te laat en het besluit was al genomen. |
II revertir
werkw.
hacer que el cargo de servicio recaiga sobre una cuenta determinada -
terugvallen Se quedó sin dinero y revirtió el monto de la llamada a sus padres. - Hij had geen geld meer en liet het bedrag van het telefoongesprek op zijn ouders terugvallen. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
revertir (ww.) | afbestellen (ww.) ; afgelasten (ww.) ; afzeggen (ww.) ; annuleren (ww.) ; intrekken (ww.) ; nietig verklaren (ww.) ; overspoelen (ww.) ; te niet doen (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `revertir`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
ES: ahogarES: ahogarseES: amortizarES: anularES: borrarES: cancelarES: dar de bajaES: declarar nuloES: desabrocharES: desatar