Vertalingen durchsickern DE>NL
durchsickern (ww.) | afdruipen (ww.) ; afscheiden (ww.) ; doorsijpelen (ww.) ; droppen (ww.) ; druipen (ww.) ; druppelen (ww.) ; druppels laten vallen (ww.) ; druppelsgewijze lekken (ww.) ; druppen (ww.) ; filteren (ww.) ; sijpelen (ww.) ; uitdruppelen (ww.) ; wegsijpelen (ww.) ; zweten (ww.) |
durchsickern | doorsijpelen |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `durchsickern`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
DE: absickernDE: AbtropfenDE: ausleckenDE: durchfallenDE: filternDE: filtrierenDE: laufenDE: leckenDE: sickernDE: triefen