1. MWB
  2. Vertalen
  3. Knacken (DE>NL)
Vertaal
Naar andere talen: • Knacken > EN • Knacken > ES • Knacken > FR
Vertalingen Knacken DE>NL

knacken

werkw.
Uitspraak:  [ˈknakən]

1) ein kurzes, hartes Geräusch machen - knappen , knakken

2) die harte Schale öffnen - openbreken

3) gewaltsam aufbrechen - openbreken

4) entschlüsseln, lösen - oplossen , kraken

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
knacken (ww.) afknappen (ww.) ; doorbreken (ww.) ; er vanaf breken (ww.) ; knakken (ww.)
knacken kraken ; splijten ; tik
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `Knacken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: abbrechen
DE: abknacken
DE: aufbrechen
DE: aufgehen
DE: aufknacken
DE: brechen
DE: eintreten
DE: forcieren
DE: kaputtmachen
DE: knarren