Vertaal
Naar andere talen: • erinnern > ENerinnern > ESerinnern > FR
Vertalingen erinnern DE>NL

erinnern

werkw.
Uitspraak:  [ɛɐ|ˈɪnɐn]

1) im Gedächtnis haben - herinneren
Nach dem Unfall konnte sie sich an nichts erinnern. - Na het ongeluk kon zij zich niets meer herinneren.

2) sich etw. ins Gedächtnis rufen (und darüber sprechen) - herinnering
Ich erinnere mich gern an meine Schulzeit. - Ik denk graag terug aan mijn schooltijd.

3) ermahnen, etw. nicht zu vergessen - herinneren
Erinnere mich bitte daran, dass ich meine Eltern anrufe. - Help me herinneren dat ik mijn ouders opbel.

4) aufgrund einer Ähnlichkeit an jemanden / etw. denken lassen - herinneren
Die Frau erinnert mich an meine Schwester. - Die vrouw herinnert me aan mijn zus.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
erinnern (ww.) herinneren (ww.) ; in herinnering brengen (ww.) ; memoreren (ww.) ; memoriseren (ww.) ; ontbieden (ww.) ; onthouden (ww.) ; oproepen (ww.) ; sommeren (ww.)
das Erinnernhet rappelleren
erinnern gedenken ; zich herinneren
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `erinnern`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: auffordern
DE: aufrufen
DE: bedenken
DE: einberufen
DE: einfallen
DE: fordern
DE: herausfordern
DE: herbeirufen
DE: in Erinnerung bringen
DE: laden