Vertaal
Naar andere talen: • Aufbinden > ENAufbinden > ESAufbinden > FR
Vertalingen Aufbinden DE>NL
aufbinden (ww.) detacheren (ww.) ; loshaken (ww.) ; loskrijgen (ww.) ; losmaken (ww.) ; loswerken (ww.) ; opbinden (ww.) ; ophangen (ww.) ; opknopen (ww.) ; scheiden (ww.)
Aufbinden opbinden ; opbinding langs een spalier
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `Aufbinden`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
DE: abkoppeln
DE: aufhaken
DE: aufheben
DE: aufknoten
DE: aufknüpfen
DE: aufknöpfen
DE: aufkrempeln
DE: aufmachen
DE: aufziehen
DE: entfesseln

Uitdrukkingen en gezegdes
DE: einem einen Bären, etwas aufbinden NL: iemand iets wijsmaken