Vertaal
Naar andere talen: • tenondergaan > DEtenondergaan > ENtenondergaan > ES
Vertalingen tenondergaan NL>FR
tenondergaan (ww.) céder (ww.) ; écorcher (ww.) ; flancher (ww.) ; périr (ww.) ; pourrir (ww.) ; répandre (ww.) ; s'écrouler (ww.) ; s'enfoncer (ww.) ; sombrer (ww.) ; succomber (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `tenondergaan`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: achteruitgaan
NL: afleggen
NL: bezwijken
NL: het onderspit delven
NL: instorten
NL: strijd verliezen
NL: teruggaan
NL: vergaan
NL: verrotten
NL: verteren