Vertaal
Naar andere talen: • completeren > DEcompleteren > ENcompleteren > ES
Vertalingen completeren NL>FR
completeren (ww.) finir (ww.) ; terminer (ww.) ; supprimer (ww.) ; se terminer (ww.) ; s'acquitter de (ww.) ; s'achever (ww.) ; rendre complet (ww.) ; remplir (ww.) ; prendre fin (ww.) ; perfectionner (ww.) ; parfaire (ww.) ; parachever (ww.) ; incorporer (ww.) ; faire l'appoint (ww.) ; faire (ww.) ; executer (ww.) ; effectuer (ww.) ; conclure (ww.) ; annexer (ww.) ; ajouter (ww.) ; adjoindre (ww.) ; additionner (ww.) ; achever (ww.) ; accomplir (ww.)
completeren completer
Bronnen: interglot; Antiquarian Dictionary


Voorbeeldzinnen met `completeren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aangevuld
NL: aanvullen
NL: aanvullende
NL: afkrijgen
NL: afmaken
NL: afronden
NL: afwerken
NL: beëindigen
NL: compleet maken
NL: een einde maken aan