Vertalingen aanvullen NL>FR
aanvullen
werkw.
Uitspraak: | [ˈanvʏlə(n)] |
Verbuigingen: | vulde aan (verl.tijd ) heeft aangevuld (volt.deelw.) |
zorgen dat er weer genoeg van is -
renouveler de voorraad aanvullen - renouveler le stock |
elkaar goed aanvullen (=samen de gewenste eigenschappen hebben) - se compléter
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
aanvullen (ww.) | adjoindre (ww.) ; s'acquitter de (ww.) ; remplir (ww.) ; incorporer (ww.) ; faire l'appoint (ww.) ; augmenter (ww.) ; annexer (ww.) ; améliorer (ww.) ; ajouter (ww.) ; additionner (ww.) |
het aanvullen | remplisser (m) |
aanvullen | complément de plantation ; remplacement des manquants ; remblayer ; pad ; ouillage ; compléter au volume ; compléter |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.; ICT-Woordenboek
Voorbeeldzinnen met `aanvullen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aangevuldNL: aanvullendeNL: bijladenNL: bijvullenNL: bijwerkenNL: completerenNL: toevoegenNL: voltallig maken