Vertalingen vastleggen NL>FR
vastleggen
werkw.
Uitspraak: | [ˈvɑstlɛxə(n)] |
Verbuigingen: | legde vast (verl.tijd ) heeft vastgelegd (volt.deelw.) |
1) registreren op papier, film, cd of foto -
fixer , enregistrer iets op schrift vastleggen - mettre quelque chose par écrit / coucher quelque chose sur le papier |
2) zó leggen dat het niet kan worden weggehaald of veranderd -
attacher de boot vastleggen - amarrer le bateau |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
vastleggen (ww.) | contracter (ww.) ; signer (ww.) ; s'achever (ww.) ; register (ww.) ; prendre d'assaut (ww.) ; noter (ww.) ; mettre (ww.) ; lier (ww.) ; insérer (ww.) ; inscrire (ww.) ; indexer (ww.) ; incruster (ww.) ; ficeler (ww.) ; enregistrer (ww.) ; encastrer (ww.) ; consigner (ww.) ; annoter (ww.) ; amarrer (ww.) ; accoster (ww.) ; aborder (ww.) |
het vastleggen | le enregistrement |
vastleggen | attacher ; restauration des sols ; prévoir ; fixex ; fixer ; enregistrer ; écrire ; consigner |
Bronnen: interglot; Wikipedia; ICT-Woordenboek; A.M.T.S.; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `vastleggen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aan een touw vastleggenNL: aanbrengenNL: aanleggenNL: aanmerenNL: aantekenenNL: aanwervenNL: afmerenNL: afsprekenNL: besprekenNL: bevestigen