Vertalingen verzekeren NL>ES
verzekeren
werkw.
Uitspraak: | [vər'zekərə(n)] |
Verbuigingen: | verzekerde (verl.tijd ) heeft verzekerd (volt.deelw.) |
1) zeggen dat iets is of zal gaan zoals je zegt -
asegurar Dat doet pijn, kan ik je verzekeren. - Eso duele, te lo puedo asegurar. Ik verzeker u dat ik op tijd kom. - Yo le aseguro que llegaré a tiempo. |
2) een verzekering (1) afsluiten voor -
asegurar Ben je verzekerd? - ¿Estás asegurado? je verzekeren tegen diefstal - asegurarte contra robo |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
verzekeren (ww.) | asegurar (ww.) ; asegurarse (ww.) ; avalar (ww.) ; colocar (ww.) ; fijar (ww.) ; garantizar (ww.) ; sujetar (ww.) |
Bronnen: Wikipedia; interglot
Voorbeeldzinnen met `verzekeren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: assurerenNL: bevestigenNL: bewerenNL: garanderenNL: instaan voorNL: soliderenNL: vastbindenNL: vastleggenNL: vastmakenNL: vastzetten