Vertaal
Naar andere talen: • aanbinden > DEaanbinden > ENaanbinden > FR
Vertalingen aanbinden NL>ES
aanbinden (ww.) calzar (ww.) ; colocar (ww.) ; comenzar (ww.) ; empezar (ww.) ; iniciar (ww.) ; instalar (ww.) ; marcharse (ww.) ; montar (ww.) ; poner en marcha (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `aanbinden`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aanhechten
NL: aanknopen
NL: beginnen