Vertaal
Naar andere talen: • rekenen > DErekenen > ENrekenen > FR
Vertalingen rekenen NL>ES

rekenen

werkw.
Uitspraak:  [ˈrekənə(n)]
Verbuigingen:  rekende (verl.tijd ) heeft gerekend (volt.deelw.)

1) volgens wiskundige regels met cijfers en getallen werken - calcular
hoofdrekenen - cálculo mental
Toen ze vier was kon ze al een beetje rekenen. - Cuando tenía cuatro años ya sabía calcular un poco.

2) als prijs vragen voor iets dat je verkoopt of levert - calcular
Ik reken 55 euro per uur. - Yo calculo 55 euros por hora.

3) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking Reken maar van yes!

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
rekenen (ww.) calcular (ww.) ; contar (ww.)
rekenen aritmética
Bronnen: interglot; Engoi Woordenschatoefeningen


Voorbeeldzinnen met `rekenen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aannemen
NL: achten
NL: berekenen
NL: calculeren
NL: cijferen
NL: reken
NL: rekening houden
NL: tellen
NL: uitrekenen