Vertaal
Naar andere talen: • aanvoeren > DEaanvoeren > ENaanvoeren > FR
Vertalingen aanvoeren NL>ES

aanvoeren

werkw.
Uitspraak:  anvurə(n)]
Verbuigingen:  voerde aan (verl.tijd ) heeft aangevoerd (volt.deelw.)

1) de leiding hebben over, of bovenaan staan - liderar
een leger aanvoeren - comandar un ejército
een sportteam aanvoeren - capitanear un equipo deportivo
een verkiezingslijst aanvoeren - encabezar una lista de elecciones

2) ergens heen brengen - transportar
levensmiddelen aanvoeren naar de winkels - transportar alimentos a las tiendas

3) tegen anderen zeggen - alegar
argumenten aanvoeren tegen de bouw van een fabriek - invocar argumentos contra la construcción de una fábrica
De winkeldief voert ter verdediging aan dat hij geen geld meer heeft. - El ladrón de la tienda alega en su favor que ya no tiene dinero.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
aanvoeren (ww.) guiar (ww.) ; sugerir (ww.) ; ser primero (ww.) ; proponer (ww.) ; presidir (ww.) ; preceder (ww.) ; plantear (ww.) ; pilotar (ww.) ; ordenar (ww.) ; mandar (ww.) ; llevar (ww.) ; liderar (ww.) ; ir delante (ww.) ; ir a la cabeza (ww.) ; gobernar (ww.) ; estar en cabeza (ww.) ; encabezar (ww.) ; dirigir (ww.) ; decretar (ww.) ; dar orden de (ww.) ; conducir (ww.) ; abordar (ww.)
het aanvoerenel mando (m) ; la dirección (v)
aanvoeren alegar ; transportar ; citar
Bronnen: interglot; Trueterm; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `aanvoeren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aandragen
NL: aankaarten
NL: aansnijden
NL: aanvoering
NL: besturen
NL: bevel voeren over
NL: commanderen
NL: entameren
NL: leiden
NL: leiding