Vertalingen klinken NL>EN
klinken
werkw.
Uitspraak: | [ˈklɪŋkə(n)] |
Verbuigingen: | klonk (verl.tijd ) heeft geklonken (volt.deelw.) |
1) (van een geluid) hoorbaar zijn -
sound, gong, ring Er klinkt een alarm in de verte. - There is an alarm sounding far away. Ze hoest en klinkt hees - She coughs and sounds hoarse. De kamer klinkt hol. - The room sounds empty. |
klinken als een klok (=helemaal in orde zijn) - like clockwork
Dat plan klinkt als een klok. - That plan sounds sharp.
|
2) genoemde indruk maken -
sound Dat verhaal klinkt ongeloofwaardig. - That story sounds unbelievable. |
3) met je glas tegen het glas van iemand anders tikken -
cheer, toast Bruidspaar, laten we klinken op een gelukkig leven. - The Newlyweds! Let us cheer for a long and happy life together! |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
klinken (ww.) | to drive in nails ; to give a sound ; to hammer ; to nail ; to nail down ; to river ; to rivet together ; to sound ; to spike ; to toast |
klinken | rivet ; riveting ; rivetting ; to drive ; to rivet |
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `klinken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aandoenNL: drinkenNL: een toost uitbrengenNL: hoorbaar zijnNL: klank voortbrengenNL: luidenNL: proostenNL: spijkerenNL: timmerenNL: vastklinkenUitdrukkingen en gezegdes
NL: klinken op
EN: clink toNL: het klinkt bekend
EN: it has a familiar ringNL: vals
klinken
EN: ring falseNL: het klonk hem vreemd in de oren
EN: it sounded strange to himNL: een stem die klinkt als een klok
EN: a bell-like voiceNL: dat klinkt als een klok
EN: that sounds magnificent