Vertalingen vertrekken NL>EN
vertrekken
werkw.
Uitspraak: | [vər'trɛkə(n)] |
Verbuigingen: | vertrok (verl.tijd ) |
1) weggaan -
depart, go off, move out Verbuigingen: | is vertrokken (volt.deelw.) |
De trein vertrekt van spoor 4. - The train departs from platform 4. b 8 We vertrekken pas volgende week zaterdag. - We leave only next Saturday. |
met de noorderzon vertrokken zijn (=ongemerkt en met onbekende bestemming weggegaan zijn) - take a French leave
|
2) deel van de uitdrukking: Ze vertrok haar gezicht van de pijn. (=ze trok een grimas omdat ze pijn had) - She grimaced from the pain.
|
3) deel van de uitdrukking: zonder een spier te vertrekken (=met een strak gezicht) - not twitch a muscle; with a paralyzed look
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
vertrekken (ww.) | to withdraw ; to take off ; to secede from ; to retire ; to leave ; to go away ; to go ; to depart from ; to depart ; to break up ; to abandon |
vertrekken (p) | quarters |
het vertrekken | the rooms ; the room ; the leaving ; the chambers ; the chamber |
vertrekken | absent onself ; twist ; start off ; fly away ; drive off ; drive away ; contort |
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages
Voorbeeldzinnen met `vertrekken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afgaanNL: afnokkenNL: afreizenNL: gaanNL: heengaanNL: kamerNL: kamersNL: opbrekenNL: opstappenNL: plooienUitdrukkingen en gezegdes
NL: hij vertrok geen spier
EN: he didn't flicker, didn't bat an eyelid