Vertalingen doorstaan NL>EN
doorstaan
werkw.
Uitspraak: | [dorˈstan] |
Verbuigingen: | doorstond (verl.tijd ) heeft doorstaan (volt.deelw.) |
(iets ernstigs) meemaken en weer herstellen -
endure, bear, weather out een ziekte doorstaan - endure an illness |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
doorstaan (ww.) | to bear ; to endure ; to persist ; to stand ; to sustain ; to tolerate |
doorstaan | abide ; put up with ; suffer |
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages
Voorbeeldzinnen met `doorstaan`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanzienNL: doorkomenNL: doorlevenNL: dragenNL: duldenNL: hardenNL: lijdenNL: ondergaanNL: pikkenNL: toelaten