Vertalingen voordoen NL>DE
I voordoen
werkw.
Uitspraak: | ['vordun] |
Verbuigingen: | deed voor (verl.tijd ) heeft voorgedaan (volt.deelw.) |
doen als voorbeeld voor iemand anders -
vormachen Hij deed nog een keer voor hoe je een knoop in je veter legt. - Er machte noch einmal vor, wie man einen Schnürsenkel bindet. |
II zich voordoen
reflexief werkw.
Uitspraak: | ['vordun] |
Verbuigingen: | deed zich voor (verl.tijd ) heeft zich voorgedaan (volt.deelw.) |
gebeuren -
geschehen , ergeben , vorkommen Een stroomstroring als deze doet zich hier een keer of twee per jaar voor. - Eine Stromstörung wie diese kommt ein oder zwei Mal pro Jahr vor. Als de gelegenheid zich voordoet, zal ik het hem vragen. - Wenn sich die Gelegenheit ergibt, werde ich ihn fragen. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
voordoen (ww.) | ans licht kommen (ww.) ; eintreten (ww.) ; erscheinen (ww.) ; geben (ww.) ; geschehen (ww.) ; heraufkommen (ww.) ; heucheln (ww.) ; passieren (ww.) ; sich ereignen (ww.) ; vorbinden (ww.) ; vornehmen (ww.) ; vortun (ww.) |
het voordoen | das Vormachen ; das Zeigen |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `voordoen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aan het licht komenNL: gebeurenNL: passerenNL: plaatsvindenNL: tonenNL: uitgevenNL: verschijnenNL: voorbindenNL: voorvallenUitdrukkingen en gezegdes
NL: als z. een gelegenheid voordoet
DE: wenn sich eine Gelegenheit darbietetNL: (een vreemde geschiedenis) heeft z. voorgedaan
DE: hat sich ereignetNL: (het geval zal) z. zelden
voordoen
DE: selten vorkommenNL: als het geval z. voordoet
DE: eintretendenfalls, vorkommendenfallsNL: (moeilijkheden kunnen) z.
voordoen
DE: auftretenNL: z.
voordoen als
DE: sich ausgeben für, (gedragen als) sich aufführen wie