Vertaal
Naar andere talen: • vol > ENvol > ESvol > FR
Vertalingen vol NL>DE

vol

bijv.naamw.
Uitspraak:  [vɔl]

1) helemaal gevuld - voll
Ik ging slapen met een volle maag. - Ich ging mit vollem Magen schlafen.
Niet met volle mond praten. - Nicht mit vollem Mund sprechen.
een volle tank - ein voller Tank
Hij trekt overal volle zalen. - Er zieht überall viel Publikum an.
boordevol - randvoll
overvol - mehr als voll
halfvol - halbvoll
Mijn agenda staat vol met afspraken. - Mein Terminkalender ist voll mit Terminen.
uitdrukking Vol is vol.
uitdrukking een volle dag

2) met een sterk gevoel van - voll , voller
Vol verlangen keek ik uit naar haar komst. - Voller Sehnsucht wartete er auf Ihre Ankunft.
schaamtevol - beschämt
Vol goede moed begon hij te typen. - Voll guten Mutes begann er zu tippen.
uitdrukking vol zijn van iets/iemand

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
vol befriedigt ; gefüllt ; gesättigt ; satt ; voll ; voll ; vollgeladen ; vollgestopft ; beladen ; füllig ; voll ; vollmundig
Bronnen: interglot; Wiktionary; Omegawiki.org; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `vol`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: afgeladen
NL: bol
NL: compleet
NL: gevuld
NL: oververzadigd
NL: vervuld van
NL: verzadigd
NL: volgegeten
NL: volledig

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: (de zaal was) vol mensen DE: voll Menschen, voll von Menschen, voll mit Menschen, voller Menschen
NL: (een boom) vol appelen DE: voll Äpfel, voll von Äpfeln
NL: (een bord) vol soep DE: voll Suppe
NL: (een hart) vol liefde DE: voller Liebe
NL: (een tuin) vol bloemen DE: voller Blumen
NL: vol lof (zijn) DE: voll des Lobes, des Lobes voll
NL: vol innig medelijden DE: voll des innigsten Mitleids
NL: (iemand) vol angst (aankijken) DE: voller Angst
NL: (het hoofd) vol zorgen (hebben) DE: voll, voller Sorgen
NL: volle haring DE: Vollhering (der)
NL: volle melk DE:
NL: vol gas DE: (auto) Vollgas (das)
NL: in het volle bezit DE: im Vollbesitz
NL: volle kracht vooruit DE: Volldampf vorwärts
NL: tegen de volle waarde DE: zum Vollwert
NL: vol betekenis, gevoel, humor, verwachting, verwijt etc. DE: (ook) bedeutungsvoll, gefühlvoll, humorvoll, erwartungsvoll, vorwurfsvoll
NL: een vol jaar DE: ein volles Jahr, ein ganzes Jahr
NL: 5 volle jaren DE: 5 volle Jahre
NL: een vol uur DE: eine volle, eine geschlagene Stunde
NL: vole aflaat DE: vollkommener Ablaß
NL: volle broer DE: leiblicher Bruder
NL: volle neven DE: Geschwisterkinder
NL: (hij is) mijn volle neef DE: