Vertalingen verzadigd NL>DE
verzadigd
bijv.naamw.
als je niet naar meer van iets verlangt -
satt , gesättigt Na het voorgerecht was ik al verzadigd. - Nach der Vorspeise war ich schon gesättigt. |
De markt voor gratis dagbladen is verzadigd. (=er is geen vraag naar nog meer gratis dagbladen) - Der Markt für kostenlose Anzeigenblätter ist gesättigt.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
verzadigd | befriedigt ; fröhlich ; gefüllt ; gesättigt ; glücklich ; satt ; voll ; zufrieden ; gesättigt ; saturatus |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `verzadigd`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bevredigdNL: genoegNL: tevredenNL: vergenoegdNL: volNL: voldaanNL: volgegeten