Vertaal
Naar andere talen: • verbouwen > ENverbouwen > ESverbouwen > FR
Vertalingen verbouwen NL>DE

verbouwen

werkw.
Uitspraak:  [vərˈbɑuwə(n)]
Verbuigingen:  verbouwde (verl.tijd ) heeft verbouwd (volt.deelw.)

1) (een gebouw of ruimte) ingrijpend veranderen - umbauen
de badkamer verbouwen - das Badezimmer umbauen
uitdrukking Als je niet aan hun eisen voldoet, komen ze de boel even verbouwen.

2) (gewassen) telen - anbauen
op een klein lapje grond je eigen groente verbouwen - auf einem kleinen Stück Land eigenes Gemüse anbauen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
verbouwen (ww.) erzeugen (ww.) ; ziehen (ww.) ; zeugen (ww.) ; verbauen (ww.) ; umwandeln (ww.) ; umgestalten (ww.) ; umbauen (ww.) ; treiben (ww.) ; kultivieren (ww.) ; hervorbringen (ww.) ; heranziehen (ww.) ; heranbilden (ww.) ; hegen (ww.) ; fortpflanzen (ww.) ; aufziehen (ww.) ; aufbauen (ww.) ; anpflanzen (ww.)
verbouwen (werkw.) umbauen ; bauen ; anbauen
het verbouwendie Zucht ; die Fortpflanzung ; die Anbauten ; das anbauen ; der Anbau
verbouwen anbauen ; umbauen
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `verbouwen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aankweken
NL: aanplanten
NL: fokken
NL: genereren
NL: kweken
NL: opknappen
NL: opkweken
NL: planten
NL: procreëren
NL: telen