het niveau

zelfst.naamw.

Uitspraak:	[niˈvo]
Verbuigingen:	niveaus (meerv.)

1) kwaliteit ten opzichte van iets anders - Niveau (das ~), Ebene (die ~), Stufe (die ~)

sportprestaties van hoog niveau - sportliche Leistungen auf hohem Niveau welvaartsniveau - Wohlstandsniveau

2) afstand omhoog - Niveau (das ~), Pegel (der ~)

Het niveau van de zee stijgt gemiddeld twee millimeter per jaar. - Der Meeresspiegel steigt durchschnittlich zwei Millimeter pro Jahr.

© K Dictionaries Ltd.

het niveau	das Projekt ; der Vorsatz ; das Vorhaben ; die Stufe ; das Stockwerk ; der Stock ; die Stellung ; die Skala ; der Ruf ; der Rang ; das Niveau ; das Kriterium ; die Höhenlage ; der Grad ; die Etage ; die Ebene
niveau	Ebene ; Stufe ; Spiegel ; Pegel

Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.




NL: aanzien
NL: achting
NL: graad
NL: hoogte
NL: laag
NL: peil
NL: plan
NL: stand
NL: vloeistofspiegel

NL: (conferentie) op hoog niveau DE: auf hoher Rangstufe, Ebene
NL: conferentie op het hoogste niveau DE: Gipfelkonferenz (die)