Vertaal
Naar andere talen: • haag > ENhaag > EShaag > FR
Vertalingen haag NL>DE

haag

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [hax]
Verbuigingen:  hagen (meerv.)

afscheiding van struiken of bomen - Hecke (die ~)
beukenhaag - Buchenhecke

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
de haagder Hag ; der Hecke ; die Hecke ; der Liguster ; das Spalier ; der Zaun
haag Hecke ; lebende Hecke
Bronnen: interglot; Wiktionary; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `haag`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: barst
NL: breuk
NL: heg
NL: knak
NL: knik
NL: liguster
NL: rij

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: Den Haag DE: Haag
NL: in Den Haag wonen DE: im Haag wohnen