Vertalingen functie NL>DE
de functie
zelfst.naamw. (v.)
Uitspraak: | [ˈfʏŋksi] |
Verbuigingen: | functies (meerv.) |
1) bepaald werk dat je doet -
Funktion (die ~), Stelle (die ~), Amt (das ~) een functie bij het ministerie bekleden - ein Amt beim Ministerium bekleiden een functie vervullen - ein Amt / eine Stelle bekleiden in functie treden - eine Stelle antreten iemand voordragen voor een functie - jemanden für eine Stelle vorschlagen |
belediging van een ambtenaar in functie (=belediging van een ambtenaar terwijl die aan het werk is) - Beamtenbeleidigung
|
2) doel dat of werking die iets heeft -
Funktion (die ~), Zweck (der ~) Welke functie heeft dat knopje? - Welche Funktion hat diese Taste? symboolfunctie - Symbolfunktion |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de functie (v) | das Arbeitsverhältnis ; die Dienststelle ; das Dienstverhältnis ; die Funktion ; die Funktionalität ; die Stellung |
Functie | Funktion ; Stellung |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `functie`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: activiteitNL: ambtNL: baanNL: betrekkingNL: dienstbetrekkingNL: jobNL: nutNL: positieNL: taakNL: waardeUitdrukkingen en gezegdes
NL: in
functie (blijven)
DE: im AmteNL: in
functie treden
DE: seine Stelle antretenNL: in
functie zijn
DE: im Amte sein, amtierenNL: de
functie van voorzitter waarnemen
DE: als Vorsitzender fungieren, (voor een ander) den Vorsitzenden vertreten