Vertaal
Naar andere talen: • bijvoegen > ENbijvoegen > ESbijvoegen > FR
Vertalingen bijvoegen NL>DE
bijvoegen (ww.) einhegen (ww.) ; zulegen (ww.) ; zugeben (ww.) ; verkapseln (ww.) ; umziehen (ww.) ; umfassen (ww.) ; hinzumischen (ww.) ; hinzumengen (ww.) ; hinzulegen (ww.) ; hineintun (ww.) ; erfassen (ww.) ; enthalten (ww.) ; einsperren (ww.) ; einpferchen (ww.) ; einkreisen (ww.) ; einkapseln (ww.) ; eindeichen (ww.) ; blockieren (ww.) ; bestreichen (ww.) ; beisetzen (ww.) ; beimischen (ww.) ; beilegen (ww.) ; beigeben (ww.)
bijvoegen (werkw.) beifügen
het bijvoegendas Aneinanderreihen
bijvoegen anfügen ; hinzusetzen ; hinzufügen ; ein Fahrzeug beistellen ; beistellen ; beifügen ; anhängen
Bronnen: interglot; Wiktionary; Trueterm; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `bijvoegen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aansluiten
NL: bijdoen
NL: bijsluiten
NL: combineren
NL: insluiten
NL: samenvoegen
NL: toevoegen

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: erbijvoegen DE: hinzufügen DE: (bijsluiten) beifügen DE: (achteraf aanvullen) nachtragen