Vertaal
Naar andere talen: • berekenen > ENberekenen > ESberekenen > FR
Vertalingen berekenen NL>DE

berekenen

werkw.
Uitspraak:  [bəˈrekənə(n)]
Verbuigingen:  berekende (verl.tijd ) heeft berekend (volt.deelw.)

1) door rekenen vaststellen hoeveel iets is - berechnen
het percentage berekenen - berechnen

2) (iemand) een bedrag ergens voor vragen - berechnen
de stukadoor berekende mij tien euro per vierkante meter stucwerk - Der Verputzer berechnete mir zehn Euro pro Quadratmeter Verputzarbeit.
geen btw berekenen - keine MwSt. berechnen

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
berekenen (ww.) achten (ww.) ; ausarbeiten (ww.) ; ausrechnen (ww.) ; berechnen (ww.) ; kalkulieren (ww.) ; veranschlagen (ww.) ; überschlagen (ww.)
Bronnen: interglot; Wikipedia


Voorbeeldzinnen met `berekenen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: becijferen
NL: begroten
NL: calculeren
NL: in rekening brengen
NL: oplossen
NL: ramen
NL: rekenen
NL: schatten
NL: tellen
NL: uitkienen

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: (de prijzen) zijn berekend à  contant DE: verstehen sich netto Kasse