Vertalingen aanleggen NL>DE
aanleggen
werkw.
Uitspraak: | [ˈanlɛxə(n)] |
Verbuigingen: | legde aan (verl.tijd ) heeft aangelegd (volt.deelw.) |
1) zorgen dat iets er komt -
anlegen , bauen een computernetwerk aanleggen - ein Computernetzwerk anlegen een postzegelverzameling aanleggen - eine Briefmarkensammlung anlegen |
2) (aan de wal) gaan vastliggen -
anlegen De kapitein besloot aan te leggen bij de pier. - Der Kapitän beschloss, am Pier anzulegen. |
3) deel van de uitdrukking: -
het met iemand aanleggen (=een verhouding beginnen met iemand) - sich mit jemandem anlegen
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
aanleggen (ww.) | anbinden (ww.) ; anketten (ww.) ; anlegen (ww.) ; bauen (ww.) ; befestigen (ww.) ; einhaken (ww.) ; einrichten (ww.) ; festbinden (ww.) ; festmachen (ww.) ; heften (ww.) ; installieren (ww.) ; verankern (ww.) |
het aanleggen | das Anschlagen ; der Bau |
aanleggen | Anlegen ; längsseits kommen |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `aanleggen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanbrengenNL: aandoenNL: aanmerenNL: afmerenNL: bouwenNL: inrichtenNL: installerenNL: merenNL: monteren en aansluitenNL: plaatsenUitdrukkingen en gezegdes
NL: hoe zal ik dat
aanleggen?
DE: wie soll ich das machen?NL: met iemand
aanleggen
DE: sich mit einem einlassenNL: het met iemand
aanleggen (om te twisten)
DE: mit einem anbindenNL: het met een meisje
aanleggen
DE: mit einem Mädchen anbändelnNL: het erop
aanleggen
DE: es darauf anlegenNL: het zuinig
aanleggen
DE: sparsam wirtschaften