Vertaal
Naar andere talen: • vuur > ENvuur > ESvuur > FR
Vertalingen vuur NL>DE

I het vuur

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [vyr]
Verbuigingen:  vuren (meerv.)

1) fel, heet en bewegend licht dat ontstaat als iets brandt - Feuer (das ~), Herd (der ~)
de elementen vuur, water, aarde en lucht - die Elemente Feuer, Wasser, Erde und Luft
Heb je misschien een vuurtje voor mij? - Haben Sie Feuer für mich?
de aardappelen op het vuur zetten - die Kartoffeln auf den Herd setzen
uitdrukking in vuur en vlam staan
uitdrukking in vuur en vlam staan voor
uitdrukking met vuur spelen
uitdrukking voor iemand door het vuur gaan
uitdrukking voor hetere vuren gestaan hebben

2) keer dat geschoten wordt met een vuurwapen - Feuer (das ~)
Verbuigingen:  g.mv. (meerv.)
spervuur - Sperrfeuer
uitdrukking iemand onder vuur nemen
uitdrukking onder vuur (komen te) liggen

3) een sterk, positief gevoel - Feuer (das ~), Leidenschaft (die ~), Eifer (der ~)
Verbuigingen:  g.mv. (meerv.)
iets met vuur verdedigen - etwas mit Leidenschaft verteidigen
In het vuur van zijn betoog stootte hij zijn glas om. - Im Eifer seiner Rede stieß er sein Glas um.


II vuur

tussenwerpsel
Uitspraak:  [vyr]

<commando om te schieten met een vuurwapen>
defensie - Feuer

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
het vuurder Brand ; der Elan ; das Feuer ; das Feuermeer ; die Flamme ; das Flammenmeer ; das Holzfeuer ; die Leidenschaft ; die Passion ; der Schwung
vuur Leuchtfeuer
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `vuur`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aard
NL: bezieling
NL: brand
NL: brander
NL: brandstof
NL: drift
NL: elan
NL: enthousiasme
NL: fik
NL: gloed

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: koud vuur DE: kalter Brand
NL: het vuur openen DE: das Feuer eröffnen
NL: vuur en vlam (spuwen) DE: Feuer und Flamme
NL: vuur vatten DE: (ook figuurlijk) Feuer fangen
NL: in vuur geraken DE: in Feuer, in Eifer geraten, (drift) in Hitze geraten
NL: in het vuur (van het spel) DE: im Feuer
NL: in het vuur van de strijd DE: in der Hitze des Kampfes
NL: met vuur (verdedigen) DE: mit Feuereifer
NL: te vuur en te zwaard DE: mit Feuer und Schwert
NL: Iemand het vuur aan de schenen leggen DE: einem die Hölle heiß machen
NL: het vuur uit z'n sloffen lopen DE: (om iets te krijgen) sich die Beine (nach etwas) ablaufen
NL: wie het dichtst bij het vuur zit, warmt z. het best DE: wer im Rohr sitzt schneidet sich Pfeifen