Vertaal
Naar andere talen: • uitbouwen > ENuitbouwen > ESuitbouwen > FR
Vertalingen uitbouwen NL>DE
uitbouwen (ww.) anbauen (ww.) ; ausbauen (ww.) ; ausbreiten (ww.) ; ausdehnen (ww.) ; ausweiten (ww.) ; bauen (ww.) ; erbauen (ww.) ; errichten (ww.) ; erweitern (ww.) ; expandieren (ww.) ; vergrößern (ww.)
uitbouwen abfangen ; Blockverlegung vor Kopf
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `uitbouwen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aanbouwen
NL: bijbouwen
NL: expanderen
NL: ontwikkelen
NL: openen
NL: uitbreiden
NL: uitdijen
NL: verbreiden
NL: vermeerderen
NL: verruimen